60 jaar Universele Verklaring Rechten van de Mens. En wat met het stakingsrecht?
17 december 2008
De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) viert op 10 december haar 60ste verjaardag. Dé geknipte gelegenheid om even stil te staan bij de meerwaarde ervan voor de rechten van de werknemers. De UVRM garandeert o.m. dat iedereen recht heeft op waardig werk, waardige loon- en arbeidsomstandigheden, gelijk loon voor gelijk werk en ze geeft de werknemers het recht om vakbonden op te richten, om lid te worden van een vakbond en zich te laten verdedigen door een vakbond. De UVRM bevestigt ook het recht op een billijk proces... een recht dat het Belgische gerecht aan zijn laars lapt als het ingaat op eenzijdige verzoekschriften van werkgevers bij stakingen.
Als Belgische werknemers anno 2008 betere arbeids- en loonvoorwaarden hebben dan 100 jaar geleden, dan is dat de verdienste van de onophoudelijke strijd die vakbonden en werknemers gevoerd hebben sinds de 19e eeuw.
Eén van de middelen om hun eisen te verwezenlijken was en is nog steeds de staking en bij uitbreiding collectieve acties. Nochtans is het recht op staken, noch het recht op collectieve actie expliciet opgenomen in de UVRM.
Dat is jammer want het stakingsrecht is niet alleen onlosmakelijk verbonden met betere arbeids- en loonvoorwaarden, maar het wordt niet in elk land even goed gegarandeerd. Ook in België gaat het daarmee de slechte kant op.
Het stakingsrecht werd in België niet opgenomen in een wet maar werd in 1981 officieel erkend door de rechtspraak van het Hof van Cassatie.
Het recht op collectieve actie werd ook bevestigd door de invoering in ons land van het Europees Sociaal Handvest in 1990 en het maakt deel uit van andere internationale “instrumenten “ die België ondertekende: het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten van de Verenigde Naties en de conventies 87 en 98 van de internationale arbeidsorganisatie IAO. .
Maar het jongste decennium ondergaat dat stakingsrecht een bijzondere slechte evolutie.
Vanaf het ogenblik dat een stakingsaanzegging wordt ingediend, wenden advocaten van het bedrijf in kwestie zich tot de rechter, met de vraag om alle activiteiten die gepaard gaan met de staking te laten verbieden. Zelfs nog voor er in de realiteit sprake is van enig stakingspiket heeft de rechter vaak al een oordeel geveld. Dat gaat vrij gemakkelijk, want de procedure wordt ingeleid bij eenzijdig verzoekschrift, waarbij slechts één partij, de klager, wordt gehoord. De werknemers kunnen zich dus niet eens verdedigen. De rechter hoeft dus maar “over te schrijven” wat de klager heeft “voorgekauwd”.
Na de uitspraak van de rechter stuurt het bedrijf dan een deurwaarder naar de stakers met de beschikking die het verbod op stakingspiket inhoudt en onder bedreiging van hoge dwangsommen.
Een gewone deurwaarder krijgt de macht het vonnis te interpreteren en mag een beroep doen op de politie om het te doen uitvoeren. Terwijl de burger, die aan de dwangsommen wil ontsnappen, op eigen kosten een dure tegenprocedure moet opstarten: derdenverzet, eventueel een beroep doen op de rechter voor inbeslagnemingen…
Stakingen worden zo gebroken, vaak zelfs voor ze echt bezig waren. Het stakingsrecht wordt volledig uitgehold.
Het is ongelooflijk hoe de rechterlijke macht zich voor de kar van de werkgevers laat spannen! .
De sociale partners dachten in 2002 het probleem op te lossen via het zgn. Herenakkoord, het Gentlemen”s agreement, met wederzijdse afspraken. Maar sedert het Generatiepact in 2005 en vooral de laatste maanden is de situatie gevoelig verslechterd. Beaulieu, Eandis, Carrefour, Ikea, Cytec, Elia, UCB, Bosal… zijn er de trieste voorbeelden van. De beelden liggen nog vers in het geheugen: werknemers gehinderd bij het uitdelen van pamfletten, worden omver geduwd, over de grond gesleurd, geslagen, afgevoerd door de politie….
In alle recente conflicten probeerden de werknemers alleen maar hun rechten, bevestigd door de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens te doen naleven, in het belang van iedereen. .
Zijn de Belgische burgerlijke rechters dan helemaal ongevoelig voor het internationaal recht en voor de rechtspraak van de controleorganen van de internationale rechtsmiddelen die ons land ondertekende en die België veroordelen voor het niet respecteren van het recht op collectieve actie, een recht dat erkend is als een mensenrecht? Kennen deze rechters de geschiedenis en de mondiale, Europese en Belgische sociale actualiteit dan niet? .
De gevolgen van een dergelijke uitholling van het stakingsrecht zijn niet te onderschatten: ofwel zal dit leiden naar een afbraak van de sociale rechten van de werknemers ofwel naar een onvermijdelijke polarisatie bij sociale conflicten, wat kan uitmonden in een heftiger en grimmiger verzet. .
Aan de regering, aan alle democratische krachten in ons land, aan de leden van de rechterlijke macht vragen we: laat u niet als instrument gebruiken door dure advocatenkantoren.
Laat de sociale partners zelf hun collectieve conflicten - die alles te maken hebben met sociale relaties - oplossen, eventueel met tussenkomst van een sociaal bemiddelaar.
Stop in elk geval met procedures bij eenzijdig verzoekschrift te misbruiken en plaats die verzoekschriften opnieuw in de context waarvoor ze bedoeld waren.
Ondertekend door:
ABVV, R De Leeuw voorzitter
ACV, L Cortebeeck voorzitter
Liga voor de Rechten voor de Mens, Jos Van der Velpen voorzitter
Ligue Des Droits de l’Homme DH, Benoît Van Der Meerschen voorzitter.
Reacties worden gemodereerd. Onaanvaardbare inhoud wordt niet gepubliceerd.