De Liga wil een grondig parlementair debat over de wet-Martin
08 februari 2013
De Senaat behandelt momenteel het wetsontwerp van Minister Turtelboom dat een sterke verstrenging van de voorwaardelijke invrijheidsstelling (VI) voor langgestraften invoert. De zogenaamde wet-Martin, het zoveelste staaltje van incidentenpolitiek, zal niet bijdragen aan de beveiliging van de samenleving en de slachtoffers, integendeel. Daarom vraagt de Liga een grondig parlementair debat en een hoorzitting over de VI-wet, sinds 1888 het Koninginnestuk van de strafuitvoering en een internationaal geprezen instrument tegen recidive.
In 1998, in de hoogtijdagen van Dutroux, debatteerde de senaat nog diepgaand over de essentie van de VI: de geleidelijke, gecontroleerde overstap van een gedetineerde naar de vrijheid. In de commotie rond de vrijlating van Michel Martin, tracht Minister Turtelboom haar wetsontwerp met TGV-snelheid door het parlement te loodsen, zonder noemenswaardig debat en zonder wetenschappelijke of empirische onderbouwing.
De Liga heeft geen bezwaar tegen het verbeteren van de positie van slachtoffers in het strafproces. Maar wij dienen de aandacht te vestigen op een aantal negatieve zelfs perverse effecten van een ondoordachte verstrenging van de VI.
Ten eerste: (levens)langgestraften zullen nauwelijks nog kans maken op VI. Hierdoor worden "desperado's" gekweekt die gewone strafinrichtingen onbeheersbaar maken. Voor deze categorie zal een extra beveiligde gevangenis erbij moeten komen.
Ten tweede: tot nu toe verschenen alle veroordeelden met een straftotaal van meer dan 3 jaar automatisch om de 6 à 12 maanden voor de strafuitvoeringsrechtbank (SURB) zodat de SURB een goed zicht krijgt op hun reclassering. Voortaan zullen de gedetineerden zelf hun VI moeten aanvragen. Bovendien kunnen ze in de toekomst juridisch niets meer ondernemen tegen laattijdige adviezen van de gevangenisdirecteur. Resultaat: de VI-procedure zal meermaals vertragen, of erger, meer gevangenen zullen vastzitten tot het einde van hun straf, zodat ze zonder voorwaarden en zonder verdere begeleiding in de wijde wereld terecht komen, hetgeen de kans op recidive statistisch zal doen stijgen. De Liga wijst op de verontrustende tendens dat steeds meer gedetineerde tot het einde van hun straf zitten. In 2011 ging het 620 persoenen, bijna evenveel als voorwaardelijk invrijheidgestelden (781). De echte slachtoffers van de wet-Martin zijn dus niet de Dutroux's van dit land, maar de meestal sociaal zwakkere gevangene.
Ten derde: de aanzienlijk verhoging van het aantal celjaren zal de overbevolking nog drastisch doen toenemen met alle gevolgen van dien.
Ten Vierde: de wet–Martin sluit naadloos aan bij recente wettelijk initiatieven (uitbreiding van de minnelijke schikking, depenalisering van het sociaal strafrecht), waaruit een dalend vertrouwen spreekt van de uitvoerende macht in een onafhankelijke en onpartijdige rechtspraak. Dit institutionele wantrouwen zal onvermijdelijk een negatieve invloed hebben op het vertrouwen van de individuele burger in de rechterlijke macht.
Reacties worden gemodereerd. Onaanvaardbare inhoud wordt niet gepubliceerd.