Analyse: uitspraak in genocidezaak voor het Internationaal Gerechtshof

26 januari 2024

Vandaag deed het Internationaal Gerechtshof (IGH) in Den Haag een voorlopige uitspraak in de zaak van Zuid-Afrika tegen Israël. Zoals gevraagd door Zuid-Afrika, legde het Hof een aantal voorlopige maatregelen op aan Israël. Hoewel een definitieve uitspraak nog jarenlang kan uitblijven, kan deze voorlopige beslissing van groot belang zijn voor een de-escalatie van de huidige situatie in Palestina.

Vandaag deed het Internationaal Gerechtshof (IGH) in Den Haag een voorlopige uitspraak in de zaak van Zuid-Afrika tegen Israël. Zoals gevraagd door Zuid-Afrika, legde het Hof een aantal voorlopige maatregelen op aan Israël. Hoewel een definitieve uitspraak nog jarenlang kan uitblijven, kan deze voorlopige beslissing van groot belang zijn voor een de-escalatie van de huidige situatie in Palestina.

De voorlopige uitspraak van het IGH komt neer op een bevestiging van het risico op genocide. Op basis van die uitspraak wordt Israël met onmiddellijke ingang verzocht enkele voorlopige maatregelen te nemen. Israël moet:

  • Alle mogelijke maatregelen nemen om genocide te voorkomen
  • Verzekeren dat haar strijdmachten geen genocide plegen
  • Oproepen tot genocide voorkomen en bestraffen
  • Humanitaire hulp aan de Palestijnse bevolking verzekeren
  • Effectieve maatregelen nemen om de vernietiging van eventueel bewijs van genocide tegen te gaan
  • Binnen de maand een rapport voorleggen aan het Internationaal Gerechtshof over welke en hoe het de voorlopige maatregelen heeft uitgevoerd.

Een aantal van de door Zuid-Afrika gevraagde voorlopige maatregelen zijn evenwel niet opgelegd door het Hof. Zuid-Afrika vroeg een onmiddellijk staken van de militaire operatie in Gaza. Deze maatregel werd niet opgelegd. Daarnaast vroeg Zuid-Afrika om internationale onderzoekers binnen te laten om zo bewijs te verzamelen. Ook hier is het Hof niet gevolgd. Het Hof sprak daarnaast ook zijn bezorgdheid uit om de gijzelaars die door Hamas worden vastgehouden en riep op om hen onmiddelijk vrij te laten.

Hoewel deze uitspraak van het Internationaal Gerechtshof bindend is, kondigde Israël al aan dat ze deze naast zich neer zullen leggen. Toch zijn er enkele belangrijke gevolgen – voorbij het symbolische – verbonden aan deze uitspraak. De uitspraak heeft een morele waarde en kan politiek ingezet worden o.m. door België die zich profileert als voorvechter van het internationaal recht.

De uitspraak is namelijk voor alle staten bindend. Alle staten van de Verenigde Naties hebben de verantwoordelijkheid om genocide te voorkomen. Samenwerking met de Israëlische overheid in de context van dit gewapend conflict, bijvoorbeeld in de vorm van wapenlevering moet formeel stopgezet worden. Op dat vlak treft deze uitspraak ook België, dat ook recent nog aan militair wapenexport naar Israël deed. Onze Belgische overheid moet nu wapenleveringen stopzetten en diplomatieke druk opvoeren ten aanzien van Israël om de maatregelen uit te voeren. Als huidig voorzitter van de Europese Raad kan België diplomatie druk zetten en haar engagement voor het internationaal recht waarmaken.

 

Deel dit artikel

   

Reageer

Reacties worden gemodereerd. Onaanvaardbare inhoud wordt niet gepubliceerd.