De burgemeester van Ukkel schiet met een waterkanon op een mug

30 mei 2024

Het geweld ten aanzien van de Palestijnen – het Internationaal Strafhof en Gerechtshof moeten zich nog uitspreken over oorlogsmisdaden en genocide – grijpt iedereen naar de keel. De continue stroom van beelden van dode kinderen, ontheemde mensen en tentenkampen die gebombardeerd worden is van het gruwelijkste dat de mens kan aanrichten. Geen wonder dus dat het mensen in beweging brengt.

Studenten bezetten verschillende campussen in ons land, overal worden op regelmatige basis samenkomsten georganiseerd in solidariteit met de Palestijnen en er wordt nu ook voor de Israëlische ambassade in Ukkel geprotesteerd. Wat deze samenkomsten gemeen hebben: ze gebeuren vreedzaam en worden dus ten volle beschermd onder het recht op vrije meningsuiting en het recht op vergadering in de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens, het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en onze Belgische Grondwet.  

En toch treden onze overheden bijzonder hardhandig op. De bezettende studenten aan de UGent werden hardhandig uit het rectoraat verwijderd. En het wordt nog driester. Al twee avonden op rij worden het waterkanon, traangas en pepperspray ingezet tegen vreedzame protesteerders voor de Israëlische ambassade in Ukkel. De burgemeester van Ukkel vindt dit nodig omdat het protest niet aangevraagd werd. Qua disproportionaliteit kan dat tellen.  

Het recht op vrije meningsuiting staat onder druk en het gevaar is niet “woke” 

De uitwassen van repressie ten aanzien van protest past in een bredere trend. Het recht op protest staat onder druk en wordt steeds verder ingeperkt. Mensen die zich in de openbare ruimte uitspreken riskeren GAS-boetes, administratieve aanhouding of zelfs preventieve aanhoudingen. Deze regering wou ook een betogingsverbod invoeren via de Wet Vanquickenborne, dat hebben we gelukkig kunnen tegenhouden.  De stijgende druk op het recht op protest beperkt de bewegingsvrijheid van iedereen die aandacht wil vestigen op maatschappelijke problemen, in het bijzonder klimaatbewegingen, antiracismebewegingen, vakbonden en mensenrechtenorganisaties. Organisaties die nu net heel hard nodig zijn om te waken voor onze fundamentele rechten. Het is een trieste trend waar wij als Liga voor Mensenrechten heel bezorgd om zijn.  

We horen vaak van beleidsmakers en burgemeesters dat de openbare orde primeert. Het argument wordt aangehaald dat een protest moet aangevraagd worden. De VN en het Europees Hof maakten eerder al duidelijk dat toestemming niet nodig is om het fundamenteel recht op protest uit te oefenen. Een melding volstaat, en zelfs afwezigheid van een melding is niet voldoende om een protest op te breken. Meer zelfs, van een overheid wordt net verwacht dat zij faciliteert om protest mogelijk te maken. We zien hier nu net het omgekeerde.  

Escalatie en politiegeweld  

De manier waarop nu omgegaan wordt met de vreedzame betogers in Ukkel is nog een verdere escalatie van de druk die we zien op het recht op protest. De wet laat toe dat politie geweld gebruikt, maar alleen wanneer dat noodzakelijk is om een wettelijk doel na te streven én enkel wanneer dat proportioneel is. Een waterkanon, traangas en pepperspray inzetten tegen mensen die vreedzaam hun mening uiten op de openbare weg is heel duidelijk disproportioneel. De burgemeester stelt dat hij geweld mag gebruiken omdat het protest niet werd aangevraagd. Laat ons klaar en duidelijk zijn: dit kan niet.  

 Vreedzaam protesterende burgers moedwillig pijn doen zonder dat zij een gevaar vormen voor de openbare orde is ver over de lijn. We verwachten van de ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie dat zij zich hier heel duidelijk over uitspreken. Deze repressie schendt fundamentele rechten en is bovendien een democratische rechtsstaat onwaardig.  

Deel dit artikel

   

Reageer

Reacties worden gemodereerd. Onaanvaardbare inhoud wordt niet gepubliceerd.