Lokaal veiligheidsbeleid: evaluatie, bedenkingen en aanbevelingen
30 april 2006
Lokaal veiligheidsbeleid was hét hot item in de partijcampagnes voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2006. Nog niet zo lang daarvoor hebben de gemeenten immers een pak nieuwe bevoegdheden gekregen op dit vlak. Het is nu mogelijk om een veiligheidsbeleid te creëren op maat van de gemeente. In de gedrevenheid om de nieuwe instrumenten toe te passen wordt er echter niet altijd genoeg aandacht besteed aan fundamentele rechten en vrijheden. In haar campagne over lokaal veiligheidsbeleid uit de Liga haar bezorgdheid over de veranderende visie rond veiligheid en het beleid dat daarrond gevoerd wordt.
Vage begrippen als ‘onveiligheidsgevoel’ en ‘overlast’ sturen steeds meer het debat rond veiligheid. Overlast kan sinds kort bestraft worden op gemeentelijk niveau. Wat overlast precies inhoudt, is voor iedereen verschillend. Elk gemeentebestuur zal dus andere gedragingen bestraffen. De kans bestaat dat zaken bestraft worden, die niet schadelijk zijn. Het wordt moeilijk om te voorzien of wat je doet strafbaar is of niet. Rechtszekerheid is echter zeer belangrijk wanneer er gestraft wordt. Ze biedt bovendien bescherming tegen willekeur. Het is een basisprincipe in een rechtstaat dat slechts duidelijk in de wet omschreven feiten gestraft kunnen worden. In de bestrijding van overlast daarentegen is vage terminologie troef.
Één van de instrumenten waarmee gemeenten overlast kunnen bestrijden, is de Gemeentelijke Administratieve Sanctie (G.A.S.). De GAS zijn er gekomen om bepaalde kleine vergrijpen beter en sneller te kunnen bestraffen. De gelaakte handelingen moeten wel eerst in het politiereglement omschreven worden. Vele gemeenten hebben hun uiterste best gedaan om alles wat ze ook maar vaagweg storend vonden in hun reglement in te schrijven. De gemeenten willen de kleine ergernissen van alledag met de grove borstel uitwissen. Zo mogen kinderen niet op straat spelen in Charleroi. In die stad geldt ook een confetti- en fotografeerverbod. Op straat zingen of toneel spelen is in verschillende gemeenten niet langer toegestaan. Samenscholen « in de open lucht » (dus bv. in een park of in uw tuin) mag niet zonder verlof.
Veel ‘storende gedragingen’ lijken wel op het lijf van bepaalde bevolkingsgroepen geschreven. Het verbieden van stoeten van toeterende auto’s viseert duidelijk trouwfeesten in bepaalde allochtone gemeenschappen. Andere verbodsbepalingen zijn naar kansarmen of jongeren gericht.
Omdat elke gemeente andere handelingen in haar politiecodex opneemt, is het voor iedereen die wel eens een gemeentelijke grens overschrijdt onmogelijk om te weten of wat men doet strafbaar is of niet. En hoe strafbaar? De G.A.S. zorgen voor rechtsongelijkheid en rechtsonzekerheid. Bovendien is de manier waarop de afhandeling van de klacht gebeurt een inbreuk op de scheiding der machten en worden de rechten van de verdediging niet gegarandeerd.
De rode draad door de verschillende nieuwe veiligheidsinitiatieven is de hang naar repressie. Repressie appelleert aan ons aller buikgevoel. Hoe aanlokkelijk de gedachte ook moge zijn, de realiteit is een stuk complexer dan het buikgevoel van de gemiddelde Vlaming. Kwistig straffen in het rond strooien tussen de hangjongeren lost overlast niet op. De maatschappelijke voedingsbodem van storende gedragingen blijft immers bestaan. De Liga voor Mensenrechten pleit voor voldoende aandacht en ondersteuning voor preventieve maatregelen en projecten. Bovendien moet een veiligheidsbeleid steeds de fundamentele rechten en vrijheden waarborgen.
Reacties worden gemodereerd. Onaanvaardbare inhoud wordt niet gepubliceerd.