Mensenrechten zijn zelden absoluut

10 december 2021

Veel mensen ­herleiden ‘mensenrechten’ tot het recht op individuele vrijheid, schrijft Kati Verstrepen.

Het voorbije jaar is uitdagend geweest voor de mensenrechten in België. De pandemie betekent niet alleen een ­bedreiging voor ons recht op leven en onze gezondheid, de maatregelen die ­genomen worden om het virus te ­bestrijden stellen onze fundamentele vrijheden vaak op de proef. Mensenrechten werden dan ook heel zichtbaar in 2021.

Die verhoogde aandacht zou ons hoopvol stemmen, ware het niet dat mensenrechten lang niet altijd om de juiste redenen aangehaald worden. Veel mensen herleiden ‘mensenrechten’ immers tot het recht op individuele vrijheid: mijn recht om geen mondmasker te dragen, mijn recht om op café te gaan zonder Covid Safe Ticket (CST), mijn recht om me niet te laten vaccineren ...

Daarmee gaan ze voorbij aan de ­essentie van mensenrechten. De meeste mensenrechten zijn immers geen doel op zich, ze zijn een instrument om een doel te bereiken. Dat doel is niet de absolute, persoonlijke vrijheid van iedere burger, maar van de collectiviteit.

Kwestie van waardigheid

Mensenrechten zijn een internationaal systeem dat de minimumvoorwaarden vastlegt die nodig zijn om mensen in waardigheid te laten leven. De mensenrechten zoals we ze nu kennen, zijn vastgelegd na de Tweede Wereldoorlog. De wreedheden die toen zijn begaan omdat een meerderheid een geviseerde minderheid wilde uitroeien, willen we nooit meer herhaald zien. Daarom werden mensenrechten afdwingbaar ­gemaakt. Het zijn de minimumrechten en -vrijheden die een staat haar inwoners moet garanderen opdat ze allemaal in waardigheid zouden kunnen leven. Als we het over mensenrechten hebben, moeten we dat streven voor ogen houden: de menselijke waardigheid van allen, niet de individuele vrijheid.

Mensenrechten zijn daardoor ook zelden absoluut. Ze kunnen wel degelijk beperkt worden als dat noodzakelijk is, bijvoorbeeld in het algemeen belang. Bovendien moet de beperking proportioneel zijn, wat betekent dat ze in verhouding moet staan tot de noodzaak die we willen ­invullen.

Proportionaliteit is een sleutelprincipe. Op basis daarvan wordt ­onderzocht of een individuele vrijheid mag beperkt worden, als die vrijheid botst met de vrijheden van anderen of met het algemeen belang. Als deel van een vrije ­samenleving moeten burgers dus aanvaarden dat ze soms beperkt worden in hun vrij­heden.

Dat wil niet zeggen dat er geen kritiek op de coronamaatregelen meer mogelijk is. De Liga heeft zelf het ontbreken van een wettelijke basis voor de coronamaatregelen aan de kaak gesteld, ­net als de valkuilen van het CST. Staat de ­beperking wel in verhouding tot wat we willen bereiken? Dat doen we met de waardigheid van alle mensen in het achterhoofd.

Pasmunt

Mensenrechten zijn gebaseerd op ­wederzijds respect en onderlinge solidariteit, op de eerlijke verhoudingen tussen alle deelnemers aan onze ­samenleving. Het is een permanente zoektocht naar evenwicht. Zo kan de ene groep in een samenleving niet de overhand nemen over een andere. Het is daarom problematisch als er wordt geschermd met de mensenrechten om alleen de eigen vrijheid te bepleiten. Op dat moment worden de mensenrechten afgeleid van hun doel, wat leidt tot de inflatie ervan. Mensenrechten zijn geen pasmunt die je kunt inzetten als een overheidsmaatregel je niet zint.

Het protest tegen de coronamaat­regelen mag uiteraard niet genegeerd worden. Dit protest is grotendeels het gevolg van het gebrek aan een open en transparant debat in het parlement. Maatregelen worden genomen achter gesloten deuren, niemand weet welke argumenten gehanteerd werden en welke afwegingen werden gemaakt. Dat is nefast voor hun legitimiteit. Mensen kunnen hun ongenoegen niet uiten via de democratische kanalen en moeten dan ook hun toevlucht nemen tot protestmarsen of brieven aan hun burgemeester. Die frustratie negeren is geen goede zaak, er blindelings in meegaan evenmin.

Deel dit artikel

   

Reageer

Reacties worden gemodereerd. Onaanvaardbare inhoud wordt niet gepubliceerd.

Reacties

Martine - 3 jaar geleden
"burgerlijke ongehoorzaamheid wordt een plicht als de staat corrupt is en buiten de wet staat" Ghandi

Erik Costers - 3 jaar geleden
In de tekst staat 'Mensenrechten zijn geen pasmunt die je kunt inzetten als een overheidsmaatregel je niet zint' Volgens mij is deze bewering fout: de rechten zijn van toepassing op ieder individueel mens, wanneer een overheidsmaatregel die rechten schendt (zelfs voor 1 individu) is het wel degelijk een pasmunt. Wanneer getoetst aan deze rechten en goedgekeurd is het een pasmunt. Bij niet goedkeuren krijg je de munt niet...

Cliff Huylebroeck - 3 jaar geleden
Ik vind uw standpunt wat dubbelzinnig. Als u nu eens duidelijk maakte of een vaccinatieplicht volgens u proportioneel is. Volgens de staat is COVID-19 een nieuwe erge ziekte die wordt veroorzaakt door een nieuw virus, kan dit alleen opgelost worden door een vaccin, is het vaccin veilig en werkt het. Dat is het officiële verhaal dat ze niet laten tegenspreken, waardoor vaccinatieplicht volgens de staat proportioneel is. Als we dat niet tegenspreken, dan moeten we straks hoge boetes betalen. Gaan jullie de officiële versie van het verhaal volgen of gaan jullie het tegenspreken?